Dat niet iedere christen na de pandemie terugkeert in de kerk, blijkt uit dit grootschalige onderzoek van de EO en het ND. Tijdens de tweede coronagolf volgde 17 procent van de ondervraagden geen (online) kerkdiensten meer. 14,5 procent is van plan na de pandemie minder naar de kerk te gaan. Bijna vier procent geeft aan helemaal niet meer te gaan.
Buitenactiviteiten en digitale diensten
Bij de Petrakerk in Lunteren, een Gereformeerde Gemeente, merken ze daar weinig van. In de coronatijd installeerden ze camera’s in de kerk: een groot deel van de gemeente kon de dienst niet meer fysiek bijwonen en zo kon iedereen thuis meekijken. Ook organiseerde de kerk buitenactiviteiten: wie wilde kon in de frisse lucht in een groep wandelen, sporten of op afstand met elkaar zingen. Evert Top, diaken (iemand die ten dienste staat van de kerk en ondersteund bij verschillende taken) bij de Petrakerk, vertelt: “De negatieve invloed van corona zal hier meevallen. We verwachten dat onze kerk blijft groeien.”
Daarmee doelt Top op de enorme groei die de Petrakerk in Lunteren de afgelopen tien jaar doormaakte. De Gereformeerde Gemeente trekt al een decennium mensen door heel Nederland naar zich toe. Top: “We konden de mensen bijna niet meer kwijt in de kerk. Voor ons bracht corona lucht: we mochten minder mensen toelaten en daarmee verdampte ons tekort aan plekken. Althans, voor nu.”
Theo Pleizier, praktisch theoloog aan de Protestantse Theologische Universiteit (PTU) Groningen, kan zich voorstellen dat de groei van een kerk als die in Lunteren doorzet na de pandemie. “Ik verwacht dat corona de tendens die er al was, versterkt. Kerken met een sterke identiteit, zullen nog sterker uit de pandemie komen. Ook krijgen zij de kans een slag naar vernieuwing te maken.”
Diversiteit
Die slag naar vernieuwing, daar ziet ds. Wilbert van Iperen, regiopredikant voor de Protestantse Kerk Nederland op de Veluwe, ook veel in. “De crisis heeft voor veel beperkingen en verdriet gezorgd, maar hierdoor grijpen kerken ook naar online vormen en wordt meer gezocht naar activiteiten die afgestemd zijn op een specifieke doelgroep.”
Bij de Arboretumkerk in Wageningen, een vrijzinnige gemeente, hebben ze dat laatste ook ontdekt. Jan Joost Kessler, voorzitter van het bestuur bij de Arboretumkerk: “We streamen de kerkdienst in beeld en audio én we maken nu regelmatig een podcast. Deze periode geeft nieuwe inzichten in hoe we op verschillende manieren de mensen nog meer kunnen bereiken.”
Manier van leven
Toch is er nog iets belangrijker dan creatief zijn in de activiteiten die je organiseert: de kerk is een manier van leven, waarin omkijken naar elkaar hoog in het vaandel staat. De kerk heeft al eeuwen een diaconale rol: christenen willen hulp bieden aan iedereen die het nodig heeft. Bij de Arboretumkerk hebben ze deze taak in coronatijd een nieuwe invulling gegeven. “Onze kerk is opgedeeld in wijken, waarin persoonlijke aandacht aan elkaar gegeven wordt. Dit is in coronatijd veel meer geworden, vooral voor mensen die de kerkbezoeken erg misten”, vertelt Kessler. Alles wat de kerk in de pandemie deed, was meer als gemeenschap: ze deden het samen. “We zoeken elkaar actief op. We zijn nog meer een community geworden.”
Het contact houden met elkaar, bleek in de pandemie ook bij de Petrakerk het belangrijkst. Evert Top: “Het kerkzijn hoort bij je leven. Het bepaalt wie je bent en is echt onderdeel van hoe je leeft.” Op zondagochtend ga je naar kerk, je bidt voor het eten en bij belangrijke keuzes vraag je God om wijsheid. Dat ervaar je het meest met mensen die dezelfde gewoontes hebben en verklaart waarom de activiteiten waarbij mensen elkaar konden zien en spreken, onwijs populair waren. “De aanmeldingen om elkaar te ontmoeten stroomden binnen.”
Samenzijn is belangrijk
In de Petrakerk verdwijnen de camera’s die nu gebruikt worden voor het opnemen van de diensten, gelijk zodra de kerk weer vol mag. Top: “We kunnen niet wachten op de dag dat we met elkaar de Psalm weer kunnen aanheffen. Het samenzijn is zó belangrijk. We willen samen naar Gods woord luisteren.” In Wageningen waarderen ze de vernieuwing meer en willen ze de kansen die dit biedt gebruiken. Kessler: “Uiteindelijk geloven we dat we op deze manier meer mensen bereiken.”
Liturgisch theoloog Sam Goyvaerts, kan dat begrijpen. “Je kan zeggen dat sommige kerken door de pandemie ontdekt hebben hoe ze de verkondiging van het evangelie opnieuw gestalte geven. Ik geloof dat dit voor sommige kerken revitaliserend werkt.” Maar het zal niet alle kerken nieuw leven inblazen, zoals ook blijkt uit het onderzoek van de EO en het ND. Vooral onder jongeren tussen de 18 en 35 jaar daalt de binding met de kerk: van hen gaat na de pandemie negen procent definitief niet meer naar de kerk. Goyvaerts: “De vraag is of de mogelijke winst uit de coronacrisis, de achteruitgang in de toekomst compenseert.”
Zowel bij de Petrakerk in Lunteren als bij de Arboretumkerk in Wageningen hebben ze desondanks goede hoop. Wat ze bij beide kerken vooral geleerd hebben door de pandemie: praktische oplossingen zijn snel gevonden en werken voor zolang het nodig is. Maar de kern van het geloof zit in het samenzijn en is wezenlijk onderdeel van wie je bent en hoe je je leven inricht. Dat is onmisbaar en niet te vervangen in een pandemie. “Men voelt zich meer verbonden in deze tijd, onder andere door het verlangen naar hetzelfde: gemeenschap zijn met elkaar”, concludeert Top.